Tagarchief: vluchtpoging

Kleine vluchteling

kleine vluchteling

Het houdt de gemoederen bezig. De wereld wordt weer geconfronteerd met volksverhuizingen. De spanning is te snijden en dat heeft natuurlijk alles te maken met angst. De vorm van de angst is wel ongekend uiteenlopend. De ene mens heeft angst voor de dood van zijn kinderen en de ander heeft angst voor een vreemdeling in de straat. Als er zoveel mensen op de vlucht zijn, dan is het probleem van een omvang welke rechtvaardigt dat er hulp geboden wordt. Huis, haard, familie, vrienden en vertrouwdheid, alles wordt achtergelaten omdat de dood men op de hielen zit. De mensen die nu het geweld verlaten hebben, zijn financieel nog bij machte geweest om te vluchten. Ik vrees voor de arme ongeletterde sloebers welke geen kant op kunnen.

We dienen de problemen dus wel in perspectief te blijven zien. Over het algemeen wordt het verliezen van een kind als het ergste dat een mens kan overkomen beschouwd. Nu zag ik laatst een foto in de krant van een peuter die levenloos met zijn gezicht in de branding van de zee lag. De pose laat niets aan de verbeelding over. Dit kind is dood. Zo te zien aangespoeld na een fataal voorval op de middellandse zee.

Ik word hier stil van en bedenk mezelf: Waar doe je het voor? Deze vluchtpoging is mislukt. De ouders van dit kind hebben een afweging gemaakt, waar de meeste kansen op overleven voor hun kroost geboden kon worden. Ze zijn de conclusie gekomen dat een overtocht op zee, in een gammel bootje, minder risico met zich meebracht dan blijven in de situatie waar ze zich tot dan toe bevonden. Dus waar doe je het voor? Hun kind is dood! Wat zou ik doen? Wachten tot ik opgehaald zou worden door barmhartige redders die mijn kinderen op een veilige manier naar betere oorden kunnen brengen of zelf actie ondernemen en vluchten?

Nog een keer kijk ik naar de foto. Ik denk aan de tijd dat het jochie vrolijk het leven tegemoet gelachen moet hebben. Ik heb daar wel een beeld bij. Ook kan ik me zijn angst inbeelden en zijn verdriet en pijn. Als je zelf kinderen hebt, lijkt het moeilijk voor te stellen dat je dit jochie ziet als handelswaar. Het kind vertegenwoordigd geld. Er moet betaald worden om dit prille leven een plaatsje in een overvolle sloep te laten verkrijgen. Mensenhandel is lucratief en dankzij de verkoop van wapens en het creëren van verdeeldheid, een onuitputtelijke bron van inkomsten. We weten allemaal dat je geen plaats in de hemel hoeft te verwachten als je willens en wetens een hulpeloos kind in een gammel sloepje de zee op stuurt. Toch gebeurt het. “5000 euro, meneer! Anders laat ik het joch hier gewoon op de kade staan.” Na betaling is de mensensmokkelaar degene die het kind waarschijnlijk zelf het bootje in tilt.

Is het de ver van mijn bed show? Neem ik als belastingbetaler genoegen met het feit dat we peperduur wapentuig naar andere landen sturen, maar geen geld overhebben voor transport van vluchtelingen. Hoe dan ook, mensen in doodsnood houd je niet tegen. Moeten daarvoor eerst hun kinderen dood dan? Ik hoop het niet. Dat kan ik niet uitleggen en dan klopt het niet voor mij.

Wouter Kramer                                                                                                       column 48, 01-10-2015