Tagarchief: column 26

Sterrenstof

Met onze jongste zit ik naar een programma op TV te kijken over het ontstaan van de sterren. Dat de zon ook een ster is vindt hij nog even moeilijk te bevatten. Het idee dat deze brandende gasbol er niet altijd geweest is en er eens niet meer zal zijn is in zijn beleving niet denkbaar.

Het leven is voor hem, met zijn 13 jaar, enorm vanzelfsprekend en alleen maar gericht op het nu. Hij kent geen geschiedenis en ziet nog geen toekomst. Net als de zon is deze jongen er gewoon. Hij is het centrum van het universum. Alles daarin, omheen en zelfs buiten zijn voorstelling om, is de simpele werkelijkheid. De vanzelfsprekendheid van dingen als dag en nacht, een klok en een kalender zijn voor hem geen dingen met een geschiedenis of een startdatum. Dus, een tijd dat dit er nog niet was kan hij zich niet voorstellen. Hij weet niet beter. Als ik hem vertel dat er ooit mensen maanstanden zijn gaan tellen, in vergelijking met seizoenen en zo op 12 maan(d)en in een jaar uitkwamen , kijkt hij me glazig aan. Om het simpel te houden vraag ik hem: “Denk je dat onze hond weet wat voor dag het vandaag is en ook nog hoe laat?” Eigenlijk zie ik hem denken, Natuurlijk weet hij dit, hoezo niet?

Het feit dat hij nu samen met mij zit te kijken naar dat programma betekent dat hij zich gaat afvragen wat er allemaal gebeurd om ons heen en dan is waarschijnlijk het hek van de dam. Niet aflatende nieuwsgierigheid is één van de kenmerken die het verschil maken tussen mens en dier. Eens kijken of dit voor hem een aanzet is tot meer interesse op school. Daar wordt zijn moeder dan weer vrolijk van!

Zelf word ik er, naarmate het programma vordert, niet vrolijker op. Het begint razend interessant en de animaties, in combinatie met de beelden, uit de ruimte zijn waanzinnig fascinerend en indrukwekkend. Wat een geweld, energie, onvoorstelbare getallen, afstanden en afmetingen. Ik ga er gewoon van duizelen. Nietigheid maakt zich van mij meester en de mogelijkheden voor meerdere levensvormen in het universum nemen met miljarden procenten tegelijk toe. Dat lijkt op een gegeven moment zelfs een geruststellende gedachte als blijkt dat onze zon er, over niet al te lange ruimtetijd, echt mee ophoudt omdat het waterstof opgebrand is. Daarbij komt dan nog dat daarna dat lieve zonnetje met een enorme ex- of implosie, ik raak de kluts kwijt, ontploft en van de aarde een verpulverd krentje overlaat. Maar goed, tegen die tijd zullen wij als mens onze conclusie wel getrokken hebben en naar een ander fijn planeetje verhuisd zijn. We zijn wel goed maar niet gek natuurlijk! Onze jongste snapt dit wel, hij vliegt op zijn playstation regelmatig door het zwerk van planeet naar planeet en het maakt hem allemaal eerlijk gezegd niet uit, als de besturing van zijn ruimteschip maar met de duimen geregeld kan worden. Die zijn hiervoor namelijk al helemaal getraind and ready for use. Het programma had hier natuurlijk moeten stoppen, want bij het einde der aarde dient men toch even stil te staan. Maar nee, men doet er gewoon nog even een schepje boven op en meldt tussen neus en lippen door dat eens alle waterstof in het universum is opgebrand en er dan duisternis intreed die buiten ons voorstellingsvermogen ligt. Het einde van het leven? Waar maak ik me in hemelsnaam eigenlijk nog druk om. Je moet dus toch niet alles willen weten.

Wouter Kramer
26-03-2015