Tagarchief: Belgische sudente

Ome “O”

imelda het pad van Ad

Ken je het fenomeen van de overlevering? Wel, ik heb het romantische verhaal over de eerste ontmoeting van mijn oom en tante uit België regelmatig aan een ieder die dit maar wilde horen in geuren en kleuren verteld. Uiteraard heb ik dit verhaal ooit van een familielid overgenomen en het zal ongetwijfeld zo zijn dat het toen al afweek van het origineel. Hoewel ik denk van niet, zal ook ik inmiddels wel het één en ander wat gekleurder vertellen dan in mijn eerste versie. Toen ik laatst in de pittoreske woonboerderij in Haasrode bij Leuven mijn oom en tante nog eens herinnerde aan dit mooie verhaal, wist mijn tante te melden dat zelfs de rode draad inmiddels uit dit verhaal verdwenen is. Ik twijfel dan ook om het verhaal nu vast te leggen, want dat betekent dat de fantasie er uit kan verdwijnen. Ik zal me dus beperken tot de basis en ga er dan maar vanuit dat het weer doorverteld zal worden en zo beschikbaar blijft voor de overlevering.

Het betreft hier de reden waarom de jongste broer van mijn vader , na een missie in donker Afrika, uiteindelijk in België is blijven hangen.

Als jonge telg uit een arm hard werkend gezin met tien kinderen, groeide de jonge knaap vlak na de oorlog in Dordrecht op voor galg en rad. Gehard door de omstandigheden met broers die niet om een kroeg of een knokpartij heen liepen, gleed de taaie kleine rakker af naar het niveau van zatlap met vuisten die voor hem spraken. Een kort en hevig leven in het verschiet. Onrecht, onbegrip en onthouden kansen maakten deze sociale jongeman tot een roepende in de woestijn. Alleen in de natuur van de Biesbosch voelt hij zich vrij.Met lede ogen keken zijn ouders de situatie aan en hebben in een ultieme poging tot redding de pastoor, die als enige nog tot hem door kon dringen, op hem af gestuurd. “jij moet hier weg vriend, ver weg. Dat is je enige redding en geeft je de kans om goed te doen in de vrijheid die jij nodig hebt” zei de pastoor.”Maar ik vind Groningers of Friezen vervelende gasten” zei de kleine stukadoor. “Nee, jij moet naar Afrika! Via een Belgische missie naar een post om kerken, scholen en huizen te bouwen.” Na nog wat zuip- en kloppartijen is het missiekwartje gevallen en heeft onze avonturier zijn biezen gepakt om met de trein naar België te reizen en zich aldaar aan te melden voor zijn queeste. Op het station van Antwerpen viel het oog van het stoere mannetje op een allemachtig mooie Belgische studente. Hij aarzelde geen moment om haar de weg te vragen naar het aanmeldadres voor de missie en vertelde wat hij ondernemen ging. Uren hebben zij beide staan keuvelen en zij heeft hem uiteindelijk bij de kloosterpoort afgeleverd.

Eenmaal terug uit Afrika was er nog maar één missie te volbrengen. Dat was zijn droomvrouw terugvinden in België. Deze inmiddels getrainde jager heeft zijn speurtocht volbracht in Leuven. Daar wachtte de afgestudeerde deerne op haar held. Op een steenworp afstand van de studentenstad hebben ze hun geluk gevonden en is “den Hollander” inmiddels uitgegroeid tot een local hero. De kleine wereldverbeteraar maakt, na een heftig leven, nu mooie kunst met een knipoog. Al zijn talenten komen naar boven en het is een genot om af en toe deelgenoot te worden van zijn geluk. Hele bossen en stadsparken worden door hem omgetoverd tot een fantasiewereld welke tot de verbeelding spreekt en nu doorverteld mag worden.

Wouter Kramer                                                                                                       column 45, 10-09-2015